Sing along
Zelden heb ik een bioscoopzaal rumoeriger meegemaakt. Eén man ging zelfs geregeld opstaan met zijn handen in de lucht, alsof hij bij een concert was. Verschillende lui om me heen zaten voortdurend mee te rappen. Kennelijk voelen dertigers en veertigers uit Oud-West zich erg verbonden met de worstelingen van NWA, uit Compton, in de jaren tachtig en negentig.
Een groot deel moet te verklaren zijn door jeugdsentiment. We herkennen een verhaal en vooral de klanken uit onze jeugd. In zaal vijf van De Hallen leek er meer aan de hand. Hier en daar leek er een overdrachtelijk plasje te worden gedaan, om het eigen territorium af te bakenen. ‘Deze film is meer van mij dan van jou.’
Het kan aan mij liggen, maar dat meeneuriën was meer dan sing along. De harde kern werd van de huis-tuin-en-keukenkijkers onderscheiden.
Blanke middenklasse
Tijdens het IDFA ben ik een aantal keer naar voetbalfilms geweest, daar deed het me wel aan denken. Bij een goal van Messi, of een actie van Vak410 op het scherm krijg je andere geluiden uit de zaal dan bij Jim Carrey met een gekke bek. Ook tijdens deze film beken je met jouw reactie een beetje kleur.
Dat wij zelf niet in onze jeugd waren omringd door drugdealers en gangs, dat de meesten van ons in die zaal ook niet tot een minderheidsgroepering horen, het doet er allemaal niet toe. Onze betrokkenheid is welgemeend. O wee als iemand dit een ordinaire sing along muziekfilm durft te noemen. Wij zijn heus niet van de straat. O wacht, juist wel.