Er zijn nog maar weinig mensen in Nederland die vast zitten aan het leven van hun ouders. Een bakkerszoon wordt niet automatisch ook bakker. Een boerenzoon geen boer. Het zou kunnen dat ze het ambacht van vader of moeder voortzetten, maar dat mogen ze helemaal zelf weten. Iedereen is vrij. Tenzij je Amalia van Oranje Nassau heet.
Ik heb Willem Alexander nooit als een mens gezien. Tenminste, niet als een soortgenoot. Net als zijn moeder was hij altijd al voorbestemd voor een leven op munten, postzegels en foto’s in rechtszalen. Voor een symboolbestaan. Een leven zonder veel echte keuzes. Als je stamboom je levensloop bepaalt, kun je immers moeilijk van vrijheid spreken.
In zekere zin is Willem Alexander een legbatterijmens. Als ik aan hem denk voel ik me in ieder geval behoorlijk bevoorrecht vanuit mijn scharrelmenspositie.
‘Ja dag, die man heeft anders wel de hoogste leidinggevende functie in ons welvarende landje’, kun je nu denken, maar dat is alleen formeel zo. Wat kan Willem nou helemaal alleen beslissen? Wat heeft hij nou echt over ons te zeggen? Bij Prinsjesdag leest hij een tekst van de premier voor en bij dagen van nationaal feest of gedenken, doet hij wat wij van hem verlangen. Hij is niet meer dan een roodwitblauwe vlag in mensvorm. Dan mag hij met kerst misschien zijn eigen werkstukje voorlezen, maar dat is niet veel meer dan het bepalen welke schooltas je buiten hangt als je bent geslaagd.
Met Maxima heb ik overigens helemaal niet te doen. Die heeft vrijwillig voor dit leven gekozen. Het zou me zelfs niets verbazen als de aantrekkingskracht tot dit leven een zetje in de rug voor haar liefde was. Anders dan bij haar man heeft haar huidige ambt niets met mensenhandel te maken. Ze is hooguit in de aantrekkelijke-secundaire-arbeidsvoorwaardenval getuind. Bij haar stond het niet al eeuwen terug vast hoe ze zou moeten leven.
Amalia is niet te benijden. Ook zij heeft niets over haar levensloop te zeggen, zit in hetzelfde schuitje als oma en papa. Ook zij staat vanaf haar wieg op kalenders, koektrommels en in roddelbladen. Ook haar school, sport, IOC- en watermanagmentachtige keuzes zullen een oneerlijke schijn wekken. Doen alsof ze haar een volwaardig individu maken, in plaats van een gebeitst hoofd op een munt.
Wat deze vorm van mensenhandel uitzonderlijk maakt, is het verdienmodel. Waar mensen gewoonlijk worden uitgebuit door veel te weinig of niet te worden betaald, lijkt veel geld bij onze koning en zijn familie juist de gijzelnemer. Wij betalen
met z’n allen ter compensatie. Het maakt ons, als onderdanen, in zekere zin werkgever, maar tegelijkertijd ook beul.
Waarom blijft deze mensonterende constructie bestaan? Waarom helpen we die gedoemde familie niet uit hun lijden? Waarschijnlijk is het antwoord hetzelfde als bij elke vorm van misbruik. Het levert teveel op om het niet te doen. Een oranje saamhorigheidsgevoel, blauw bloed op handelsmissies, kolommen in roddelrubrieken. We zijn er overduidelijk verzot op. Hebben er niet alleen belastinggeld voor over, maar offeren er ook gedachteloos de vrijheid van wat mensen uit een willekeurige familie aan op.
Maar had Willem Alexander er niet uit kunnen stappen, als hij dit echt niet had gewild? Waarschijnlijk wel, toch was dit niet gemakkelijk geweest. Hij had zich sowieso vervreemd van zijn familie en dat is voor niemand leuk. De druk ligt dan direct op zijn broers. Zelfs bij troonsafstand nemen, is deze erfelijke belasting een molensteen dus.
Terwijl het moderne koningschap echt zo’n functie is die helemaal niet meer door een mens hoeft te worden vervuld. Niet eens door een computer hoeft worden vervangen. Koningshuizen leveren bijvoorbeeld al de enige geloofwaardige beelden bij Madame Tussauds. Die replica’s zijn vaak zelfs geloofwaardiger dan het origineel.
Beatrix heeft haar kapsel altijd smetteloos onder controle, maar op haar gezicht zie je toch – heel sporadisch – een teken van menselijke stemmingsveranderingen. Iets wat in haar ambt ongewenst is. Die poppen verbeelden het ideaalbeeld van haar en haar zoon.
We zouden dus ook gewoon een willekeurige varen kunnen nemen en zeggen dat het de belangrijkste ambassadeur van ons land is. Deze zien als het summum van Nederlanderschap. Stekkies zorgen voor opvolgers. Een tulp zou natuurlijk ook kunnen, maar is juist door de vanzelfsprekendheid minder geloofwaardig, voor mijn gevoel. De afstand tot het volk hoort juist bij de functie. Een blik Unox-knakworsten zou dan ook minder geschikt zijn.
De situatie met een koninklijke varen zou in ieder geval niet veel anders zijn dan met Beatrix, Willem Alexander en Amalia. Toch zou er onherroepelijk protest tegen zijn, dat weet ik ook heus wel. Veel mensen zullen de illusie van menselijke autoriteit eisen. Hoewel het stuk natuur – dat alleen voor kerst een tekstschrijver en inspreker zal moeten inhuren – verder exact dezelfde taken als onze huidige koning kan vervullen, zal het dan ook niet snel gebeuren.
Wat natuurlijk echt regeert, is de gemiddelde onderbuik en die laat nou eenmaal enkel rationale argumenten niet toe. De Van Oranje Nassautjes zijn nog even gedoemd tot hun fluwelen vorm van mensenhandel. En hoewel dat niet direct mensonterend vreselijk is, vind ik het best zielig.