Mijn generatie is in de pot met Mart Smeets gevallen zoals Obelix in de toverdrank. De rest van ons leven komen we er niet meer vanaf. In zekere zin is hij hiervoor misschien iets te lang doorgegaan. De karikatuur die hij steeds meer van zichzelf ging maken, kan de rijping van de figuur in onze verbeelding in de weg zitten.
Ik ben ook in de pot met Harmen Siezen, Henny Vrienten, John de Wolf, Bassie en Adriaan gevallen. Als een van deze figuren in hun tegenwoordige staat voorbij komt, zijn het vreemden. Het concept is eeuwig.
Het kapsel van Beatrix heeft dit het best begrepen. Jonge prinses, koningin of oma van de kroonprinses, de enige echte Beatrix heeft alleen op postzegels en munten gestaan. Haar silhouet als imago.
Nu kan Mart Smeets dus zijn enige echte karikatuur worden. Een herinnering waarbij een ouder wordend lichaam in de weg zit. Dat enorme ego met grote passie voor wielrennen, schaatsen en basketball zal ik nooit kwijtraken. Een icoon van onze staatsomroep. Hopelijk hoeven we verder niet meer zo vaak ook echt naar dat slappe gelul te luisteren.