Mijn vriendin heeft met voetbal wat Gargamel met smurfen heeft, ze haat het. Toch ging ze afgelopen zondag met me mee naar het Tobacco Theater in de Nes, voor Wenen van Geluk Live. Een avond vol herinnering aan de Champions League-finale van 1995, aan dat allesbeslissende puntertje van Patrick Kluivert.
Waarom ging ze mee? Haar herinneringen gaan niet verder dan onbegrip. Ze ziet in gedachten alleen wat volwassenen overdreven doen voor de televisie. Twee keer drie kwartier waarin de enige aandacht er in de vorm van gesnauw uitkomt. Stom. Het spelletje gaat ze later ook niet waarderen.
Dat ze mee was, is dus bijzonder. Lief. Ik heb een verhaal voor het boek Wenen van Geluk geschreven en de avond is hier dus een Live-versie van. Hoewel ik daar verder niets mee te maken heb, begrijpt ze dat het niet zo maar een theateravondje voor me is.
Een wonder geschiedt, ze krijgt gedurende de avond de smaak te pakken.
De één-tweetjes van voordragers Paul Onkenhout, Annemarie Postma, David Endt en Menno Pot met de zaal, zorgen dat haar jeugdtraumaatje een draai krijgt. Het enthousiasme van haar ouders was misschien toch niet zo vreemd, die avond. Sterker nog, twintig jaar later gaat een volle theaterzaal er nog helemaal van uit z’n dak.
Het is aanstekelijk. Het shirt dat David Endt laat zien op het podium, wordt zelfs een beetje een obsessie. Ze zal en moet ‘m aan. 10, Litmanen. Het shirt van die bewuste avond. Ze begrijpt de lading van dat lapje stof nu.
Door de interactie tussen publiek en David weet ze direct wat hij voor Ajaxsupporters betekent. Met hem moet ze op de foto. Oké, ik stribbel niet tegen. Het levert een geweldig plaatje op. Verwarrend ook. Seizoen 94/95 was dus echt magisch.