We komen racistisch over, dan doen we daar toch gewoon wat aan?

koppig“This Year thousands of men will die of stubbornness” en handgeschreven eronder “no we won’t.” Al enkele maanden een van de leukere terugkerende Facebook-share/like-hits. Toch moet ik er dezer dagen op een wat minder vrolijke manier aan denken.

Gister vertelde de nationale ombudsman bij Buitenhof dat de Nederlandse volksaard en daardoor ook het politieke klimaat een voedingsbodem is voor racisme. Er heerst hier een lompheid en een mengeling van arrogantie en koppigheid (stubbornness) die niet altijd even charmante gevolgen heeft. Er ontstaat een onzichtbaar schild tussen mensen. Vreemd genoeg kan hierdoor een groep die hier gewoon geboren en getogen is, zich vreemdeling voelen.

Er zijn tal van droge cijfertjes die dit aantonen. Onder andere verschillende onderzoeken die bewijzen dat een Nederlandse of buitenlandse naam bij een verder gelijke sollicitatiebrief + CV een wereld van verschil uitmaakt in dit land. Er is haast geen etnische minderheid in de top van het bedrijfsleven te vinden en in het kabinet is er zelfs nog nooit een geweest. De SGP is vriendelijker voor vrouwen dan de totale Haagse politiek voor migranten.

Nederland is nou eenmaal een behoorlijk discriminerend land, iedere weldenkende landgenoot zou dit al lang moeten weten. Mij verbaast het in ieder geval niets dat we op een Europese racismelijst op drie staan, na Griekenland en Oostenrijk.

Dat zijn we niet
Toch heb ik het gevoel hierin tot een minderheid te behoren. Als er een bord zou bestaan met de tekst “Nederlanders zijn racistisch” weet ik zeker dat er binnen een paar seconden “dat zijn we niet” onder zou staan. Ik vrees zelfs dat het bord meteen vernield zou worden.

Nederlanders racistisch? Massaal komen we met het vingertje. Die Marokkanen verpesten het juist voor ons. We moeten al zoveel van ze pikken. Buitenlanders moeten zich maar aanpassen, anders rotten ze maar op. Uit dit soort weerwoorden die ik veelvuldig online vindt, blijkt niet alleen hoe lang onze tenen zijn, maar vooral ook hoe waar de bevindingen van de ombudsman zijn.

De tragiek is dat al deze emotie verblindt en er voor een zinnige discussie geen plek lijkt. Slechts inhoudsloos geblèr omdat iemand op onze tenen staat.

Ik hoop dat ik er naast zit en dat er een wat grotere bereidheid is om naar kritiekpunten te luisteren. Uitgemaakt worden voor racist klinkt misschien wat te zwaar. Waarschijnlijk zullen mensen het ook weer achter die vreselijke term politiek correct plaatsen. Die mist zou moeten verdwijnen. Het gaat in mijn ogen alleen om iets meer empathie en vooral om soms even zelf je mond houden en eens een keer echt luisteren. Om in de spiegel van onze volksaard te kunnen kijken en er wat van te leren, kan het ook geen kwaad om een heel klein beetje koppigheid te verliezen. “No we won’t.” Of toch wel?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *